Uit logeren

‘Dag lieverd, heb je vakantie?’ begroet ik mijn vijfjarige kleinzoon.

Jasper vindt vakantie prettiger dan naar school gaan. Door de week heeft hij er moeite mee om op tijd op te staan, maar in het weekend is hij vroeg uit de veren en in voor allerlei activiteiten, zoals voetballen, spelen met vriendjes en crossen door de paardenbak.

‘Ja!’ zegt hij, geeft me in het voorbijgaan een high five en vraagt waar Poespoes is.

Schoondochter Sandra komt achter hem aan naar binnen. ‘Fijn dat hij hier kan zijn vandaag,’ zegt ze.

‘Heb je nog tijd voor koffie?’ vraag ik.

‘Eentje dan, maar dan moet ik echt gaan!’ Sandra schuift aan de keukentafel en Jasper komt met de poes aansjouwen. Hij is een echte dierenvriend en Poespoes weet dat.

‘Wil jij ook iets drinken?’ vraag ik Jasper.

Hij antwoordt niet, maar informeert: ‘Wat gaan we straks eten?’

‘Gebakken aardappeltjes en sla… en… je mag kiezen tussen zalm of kabeljauw…’

‘Zalm!’ vergenoegd schuift hij op zijn stoel heen en weer.

‘Oma verwent jou!’ zegt zijn moeder lachend. ‘Wat gaan jullie vanmiddag doen?’ wil ze dan weten.

Ik kijk naar Jasper. ‘Ik denk dat we naar het bos gaan, hè Jas?’ ‘Ja, ik wil naar het bos op de trekker!’

‘Je hoort het,’ zeg ik lachend tegen Sandra, ‘we hebben overlegd en straks gaan we het bos in.’

Sandra staat op. Ze kust haar kind en mij gedag en zegt tegen Jasper: ‘Lief zijn bij oma hoor!’

‘Hij is altijd lief!’ stel ik haar gerust, waarna Sandra maakt dat ze wegkomt.

Jasper staat op en vraagt: ‘Gaan we?’

Zijn directheid vind ik grappig, maar voordat we kunnen vertrekken moeten er toch een paar dingetjes gebeuren: naar de wc, schoenen aan en de deuren moeten op slot.

Het wordt een heerlijke middag. We vinden van alles, zoals dierendrinkplaatsen, mooie stokken en weelderig mos, waarvan Jasper wil weten of dat misschien voor kabouterbedjes wordt gebruikt. In een achterafpaadje ontdekken we een plek waar allemaal verse dennenappels zijn gevallen. We verzamelen er zo veel mogelijk en leggen ze een beetje uit het zicht bij elkaar. Die gaan we later ophalen.

Onder het eten komt de vakantie ter sprake. Jasper weet dat Thomas, zijn oudere broer, al heel vaak bij ons heeft gelogeerd en eigenlijk wil Jasper dat ook… Maar of hij daar klaar voor is?

Als je wilt, mag je best komen logeren in de vakantie…’ zeg ik luchtig.

‘Als ik bij jullie kom logeren, mag Thomas dan ook hier slapen?’ vraagt Jasper. ‘Natuurlijk mag Thomas ook komen,’ zeg ik. ‘En papa en mama ook?’ Ik knik bevestigend en verzeker hem dat papa en mama ook welkom zijn.

Tevreden gooit hij zijn oplossing op tafel: ‘Dan komen wij hier logeren en dan mogen jullie wel zo lang in ons huis!’

Pake schiet prompt in de lach en ook ik kan mijn lachen niet inhouden. Jasper beseft dat hij iets grappigs heeft gezegd en lacht vrolijk mee. Dan glijdt hij van zijn stoel en kruipt naar Poes. Met een hoog stemmetje meldt hij: ‘Ik kom bij jou logeren!’

                                                                      ————————————–


Reacties

2 reacties op “Uit logeren”

  1. Sandra 🥰 avatar
    Sandra 🥰

    Mooi geschreven 😘

  2. Liesbeth Jonker avatar
    Liesbeth Jonker

    Wat een prachtige verhalen schrijf je Corrie. Ik heb er al een paar gelezen.
    Lieve groetjes Liesbeth

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *