Sietske op ramkoers

“Tante Hester… ik ga!”
Sietske kust haar oudtante op beide wangen.
“Oom Julius zit aan de telefoon… zegt u hem dag voor mij?”
“Ja hoor kind. Ga nou maar gauw, want het wordt steeds vroeger donker.”
Ze kan het niet nalaten om eraan toe te voegen:
“En wees voorzichtig!”
Hester heeft een bungalow in het buitengebied, een kilometer of vier vanaf het dorp waar Sietske woont.
Na het overlijden van oom Max, vier jaar geleden, rees de vraag bij de familie hoe het nou met tante Hester moest.
Op haar leeftijd was het toch niet verantwoord om helemaal alleen zo buitenaf te wonen?
De oplossing diende zich aan in de vorm van Julius, haar jongere broer, die vanwege zijn werk het grootste deel van zijn leven in het buitenland had vertoefd.
Eenmaal met pensioen, besloot hij zijn geboortestreek weer eens te bezoeken en dat viel zo goed, dat hij er zelfs  wilde gaan wonen.
Julius is een tanige man met een sportief uiterlijk en in goede conditie.
En.. in tegenstelling tot oom Max heeft hij een volle haardos; volgens hem, met een knipoog, omdat hij niet te lijden heeft gehad onder een huwelijk…

Sietske fietst het tuinpad af, steekt de weg over en slaat linksaf het fietspad op.
Haar oog valt op de bruine Nissan, die ze die ochtend ook al had zien staan. Ze stapt af en maakt een foto.
Het is zomaar een ingeving en ze verwacht er niks van.
Als ze verder fietst is ze die auto al haast vergeten…
Het is herfstvakantie en ze geniet van het fietsen en de laagstaande zon die de bomen in een gouden gloed zet…
Misschien is dit een van de laatste dagen dat het in het bos zo mooi is, mijmert ze.

Opeens schrikt ze op omdat een bruine Nissan vanaf de weg, vlak voor haar dwars door de grasberm rijdt en het fietspad afsnijdt, waardoor zij onverhoeds van haar fiets moet springen.
Het portier wordt opengegooid en een brutaal ventje komt op haar af en blaft met uitgestoken hand:
“Geef je telefoon!”
Verbaasd kijkt Sietske die knul aan.
“Nee hoor,” zegt ze. “Ik leen mijn telefoon niet uit!”
“Geef je telefóón! zeg ik je!” Dreigend doet hij een stap naar voren.
“Nee!” Haar hand gaat naar de zak waar de telefoon in zit en ze duwt ongezien de rits omhoog, vastbesloten om haar telefoon zomaar niet af te geven.
“Je hebt een foto gemaakt van mijn auto en die ga je nu verwijderen.”
“Nee hoor,” zegt ze. “Ik doe alleen paddenstoelen die heel bijzonder zijn en die geef ik niet aan jou.”
Hij kijkt haar dom aan. Dit is niet het antwoord dat hij verwachtte.
Heel even denkt hij na en stapt dan op haar af.
Op het moment dat hij haar wil beetpakken, dient Sietske hem een knietje toe, zodat hij kermend op de grond valt.
Ze stapt achteruit en belt oom Julius.

Een paar minuten later is Julius er al.
Het laffe ventje krabbelt overeind en klaagt: “Ik vraag die
griet wat en opeens valt ze me aan!”
“Dat is niet zo mooi,” zegt Julius. “Ik zal de politie voor je bellen, dan kun je aangifte doen.”
“Nou… de politie hoeft nou ook weer niet, maar ze heeft foto’s van mijn auto gemaakt en ik wil dat ze die verwijdert.”
“Oh…” zegt Julius. Hij pakt zijn telefoon, slaat zijn arm om de schouder van het ventje en houdt zijn telefoon onder zijn neus.
“Kijk!” zegt hij. “Deze heb ik gisteren genomen en deze zijn van vandaag. En deze laatste heb ik zojuist gemaakt, zodat de politie kan zien dat je geprobeerd hebt deze jongedame aan te rijden.”
“Nee, ik heb haar niet aangereden, ik wilde alleen dat ze geen foto’s maakte. Dat is schending van mijn privacy!”
“Laat mij jouw telefoon eens zien,” animeert Julius.
Het ventje kijkt omhoog naar Julius en probeert zich los te wringen uit zijn greep.
“Ik moet weg.” zegt hij. 
“Nee hoor, jij blijft mooi hier tot de politie er is. Ze zullen zo wel hier zijn.”
“Zijn telefoon ligt in de auto,” zegt Sietske.
“Zal ik hem pakken?”
”Niet zonder vragen,” Julius knijpt hem nog wat steviger in zijn schouder.
Opeens bedenkt hij dat ze niet weten hoe het ventje heet.
“Vertel eerst maar eens hoe je heet.”
“Als hij het niet wil zeggen dan vinden we het wel in zijn telefoon,” helpt Sietske.
“Koos,” komt er zachtjes uit.
“Wel Koos, zullen wij samen al onze foto’s eens bekijken en vergelijken? Jij maakte gisteren en vandaag foto’s van ons huis en ik maakte foto’s van jou toen je daarmee bezig was.”
Hij pakt hem nog eens stevig beet, in een soort nogal hardhandige knuffel.
Dan laat hij Koos abrupt los.
Sietske leunt tegen het portier van zijn auto.
“Mag ik er even langs?” vraagt Koos timide.
“Waarom? Wil je de telefoon hebben? Die pak ik wel.”
Koos weet niet hoe hij het heeft. Hij dacht even dat grietje te intimideren en nu hebben ze hem te pakken.
Sietske duwt hem aan de kant, opent het portier en pakt de telefoon. Koos steekt zijn had uit om hem aan te pakken, maar Sietske gooit het apparaat langs hem heen naar Julius die hem met een hand vangt.
“Kom Koos,” zegt hij. “Nu gaan we samen kijken.”
Hij houdt het apparaat voor het gezicht van Koos en hij is erin.
“Foto’s… yes…”
Koos heeft veel foto’s van Hester. Hester door het keukenraam, Hester in de tuin, een filmpje van Hester terwijl ze boodschappen uit de auto haalt en binnenbrengt… Foto’s van het huis aan alle kanten enz.
Detailfoto’s van het hang- en sluitwerk
“’Zeg Koos… Heeft die dame geen recht op privacy?”
Koos zegt niks meer. Alles wat hij te berde brengt maakt het alleen maar erger…
“Zeg Koos,” begint Julius weer. “Je hebt niet één foto gemaakt waar ik op sta.”
Ondertussen swipet hij verder.
“Kijk eens, Sietske, jij staat er ook op! Alleen ik niet!”
Koos krijgt een idee en hoopt toch nog wat onzin te kunnen verkopen.
“Ik ben fotograaf.” zegt hij. “Ik fotografeer in opdracht.”
Hij kijkt er een beetje plechtig bij.
“Juist ja… Vertel me dan maar gauw wie jou opgedragen heeft om foto’s te maken van mijn zuster, mijn nichtje en haar huis tot in de kleinste details.”
“Dat kan ik niet zeggen. Iemand heeft ze door de telefoon besteld.”
“Koos toch… denk erom, we laten dit uitzoeken tot op de bodem en zo nodig halen we de onderste steen boven…”
Julius stem klinkt vriendelijk, maar de harde blik van zijn staalblauwe ogen doet Koos snel in zijn schulp kruipen.
“Wéé je gebeente als je me iets voorliegt!”

De politie arriveert.
Koos is opgelucht dat zij het stokje van Julius overnemen.
Hij wordt in de politieauto gezet en nadat er een paar foto’s genomen zijn stapt een agent in de bruine Nissan en rijdt achter de politiewagen aan naar het bureau.
Ook Julius en Sietske worden op het bureau verwacht om hun verhaal te doen.
Ze rijden langs Hester en melden in het kort wat er aan de hand is, met de belofte straks bij hun terugkomst uitgebreid verslag te doen.
Sietske belt naar huis dat ze gezellig bij tante Hester blijft slapen.

Koos wordt vastgehouden, met name omdat hij met de auto het fietspad opgereden is en zijn verhaal over de opdracht om foto’s te maken is ronduit bizar..
De politie verdenkt hem van het voorbereiden van een inbraak of een overval.
Tot nu toe houdt Koos zijn mond…

Hester heeft haar woning extra laten beveiligen en de sloten laten vervangen.

Koos heeft geen klacht ingediend tegen Sietske wegens mishandeling.


Reacties

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *